De Russisch-orthodoxe parochie van Krefeld organiseert al jaren pelgrimages. Dit najaar bezocht Platform redacteur Paul Baars met een groep pelgrims Roemenië. De reis was een zoektocht naar relieken en iconen in oude kloosters en ze kwamen terecht bij een bijzondere groep religieuzen, de Oudgelovigen. Een persoonlijk verslag.
De reis ving aan in de stad Iaşi en van daaruit trokken we rond in de streken Boekovina (streek van de beuken) en Roemeens Moldova, in het noorden van Roemenië bij de grens met Oekraïne en de republiek Moldavië. Hier liggen traditionele dorpen omgeven door bosrijke natuur, de uitlopers van de Karpaten en kleinschalige landbouw. Aan dit gebied is de collectivisatie van de landbouw uit de tijd van het regime van Ceauşescu voorbijgegaan.
Onze tocht voerde ons langs de oude kerken en kloosters van Bukovina en Moldavië. De meeste kloosters zijn gerestaureerd en weer in gebruik door monniken en zusters. De vriendelijke kloosterlingen zochten het gesprek voor zover de wederzijdse talenkennis dat toeliet. In het Agapia klooster wonen nu 200 zusters. Omdat het klooster te klein is, zijn ze deels gevestigd in appartementen in de straat ervoor.
In een grensregio als Boekovina zie je duidelijk nog invloeden uit Polen, Rusland en het voormalige Oostenrijk-Hongarije. De gebouwen hebben een herkenbare bouwstijl: vrij smal en hoog en met een soort ‘hoedjes’ als dakbedekking. Enkele kerken zijn ook aan de buitenkant met fresco’s beschilderd en opgenomen in het werelderfgoed van de UNESCO. Oudere fresco’s hebben opschriften in het Kerkslavisch of in het Roemeens, maar dan in het cyrillische letter alfabet, bij recentere fresco’s zijn die opgetekend in Latijnse letters.
Normaal worden in een orthodoxe kerk alleen heiligen of feesten afgebeeld. De heiligen zijn uiteraard al gestorven. Opvallend is dat we in verschillende kerken ook nog levende dienstdoende bisschoppen zagen afgebeeld. De oorspronkelijke lage iconostases zijn in de negentiende eeuw, toen de regio nog onder Oostenrijk-Hongarije viel, vervangen door hoge romantische iconostases met duidelijk westerse invloeden. Uit die tijd dateren ook een soort rijkelijk versierde houten ‘preekstoelen’, hoog aan de zijmuur bevestigd, die niet gebruikt werden voor preken zoals bij ons, maar voor het lezen uit de brieven en handelingen van de apostelen.
Gregoriaanse of Juliaanse kalender
In het Cucova klooster werd ik gewezen op een bijzonder monument. Het was opgericht voor vijf monniken en twintig dorpelingen, die in 1935 vermoord of gevangengezet waren. De reden was, dat ze de overgang van de oude Juliaanse naar de nieuwe (gemengde) Gregoriaanse kalender in 1924 niet aanvaard hadden.
Precies een eeuw geleden voerde de Roemeens-orthodoxe kerk in navolging van de Grieks-orthodoxe kerk namelijk de ‘gemengde’ nieuwe kalender in, dat hield in dat de westerse Gregoriaanse kalender leidraad werd, met uitzondering van de Paasdatum. Daarom volgt men vanaf het begin van de grote vasten tot en met Pinksteren de oude Juliaanse kalender. Deze verandering werd vanboven af door de staat opgelegd en stuitte op behoorlijk wat weerstand. Zowel in Griekenland als in Roemenië bestaan ondanks de onderdrukking nog steeds de Oudkalendaristen die vasthouden aan de oude Juliaanse kalender. Deze mensen werden door de Roemeens-orthodoxe kerk en de staat vervolgd, maar ze zijn er nog steeds. We bezochten het ‘opstandige’ klooster van de heilige Mina, van deze Oudkalendaristen. Er was net een begrafenis gaande, waardoor we met niemand konden spreken.
Relieken en iconen
Het hoofddoel van onze pelgrimage was niet de natuur en de architectuur, maar waren de relieken en iconen van de belangrijkste heiligen van de kerken en kloosters. We zongen ter plaatse steeds een bij hen passend gebed, afwisselend in het Duits en het Kerkslavisch.
In Boekovina en Moldova hebben de vorsten van de familie Movila een belangrijke rol gespeeld bij de opbouw van de orthodoxe kerk, waaronder de metropoliet van Kiev, Petru Movila (Pjotr Mohila, 1596 -1646). Ze zijn in diverse kerken afgebeeld. Een belangrijke heilige is ook Paisij Velickovskij (1722 – 1794). Geboren in Poltava in het huidige Oekraïne, vestigde hij zich als monnik in Moldova, waar hij na een verblijf op de Griekse berg Athos terugkeerde in het Dragomiraklooster, het latere Neamtklooster, om het kloosterleven te vernieuwen in de geest van het hesichasme, een stroming binnen de oosterse kerken die haar oorsprong heeft in de 17de eeuw. Centraal daarbij staat het zoeken naar innerlijke rust (de originele Griekse betekenis is ‘rusten, stil zijn, zwijgen’). Via concentratie en het herhalen van gebeden, met name het Jezusgebed (‘Heer Jezus Christus, Zoon van God, ontferm U over mij zondaar) probeert men het innerlijk licht van de schepping te schouwen. Deze stroming heeft grote invloed gehad op de orthodoxe theologie en de wijze waarop men vooral in Griekenland iconen schildert, waarbij men de afgebeelde personen sterk laat oplichten. Onder leiding van Velickovskij werd de Griekse kerkelijke literatuur vertaald in het Roemeens en het Kerkslavisch, waaronder de Filokalia (In het kerkslavisch: ’Dobroljubije’)
Omstreden heiligen
Op het kerkhof van het Sihastria klooster bezochten we het graf van twee monniken die in 2024 heilig zijn verklaard: archimandriet Cleopa Ilie (1912-1998) en monnik Païsije Olaru (1897-1990). Die heiligverklaringen hebben tot felle discussie geleid. Een kritische priester, vader Isodoor, die we in het Sihastriaklooster ontmoetten, had er vragen bij. Hij vond dat je moest oppassen mensen te snel na hun dood heilig te verklaren. Er leven dan nog mensen die hen gekend hebben en hun subjectieve meningen kunnen een rol spelen. Hij zou liever zien dat de kerk meer mensen die tijdens de heerschappij van de Osmanen vermoord zijn heilig zou verklaren als ‘nieuwe martelaren’. De periode van de Osmanen wordt in de Roemeens-orthodoxe kerk erg negatief, wellicht te negatief beoordeeld. Zo moest christenen weliswaar extra belasting betalen, maar konden ze hun eigen religie, tradities en wetssysteem binnen hun eigen groep (millet) behouden. Alleen bij opstanden waarbij de onafhankelijkheid van Roemenië in het geding kwam, trad de Osmaanse overheid hard op.
Vader Isodoor had ook een duidelijke mening over de communistische periode (1946-1989). Aan de ene kant werd de orthodoxe kerk onderdrukt: kloosters werden gesloten of samengevoegd en kritische priesters werden opgepakt. Aan de andere kant bleef de kerk wel bestaan en konden de mensen hun kinderen laten dopen, trouwen en begraven laten worden in een kerk. Gevolg was wel dat priesters ‘communistisch’ preekten of moesten preken, wat doorwerkt tot de dag van vandaag.
Oudgelovigen
Onze tolk Russisch/Roemeens had een Oudgelovige achtergrond, wat ons de mogelijkheid gaf om ook met deze groep kennis te maken. Hun oorsprong gaat terug tot het jaar1650 toen de Russisch-orthodoxe patriarch Nikon een aantal hervormingen doorvoerde die onder andere te maken hadden met de manier waarop het kruisteken moest worden geslagen en met de vertaling en transcriptie van Bijbelteksten en gebeden. Een grote groep gelovigen accepteerde deze veranderingen niet en ging zijn eigen weg. Tegenstanders noemen hen Oudgelovigen of Oudritualisten. Ze werden door de staat vervolgd en verdreven naar de randen van het Russische rijk: de Baltische staten, Wit-Rusland, Siberië, het huidige Kazachstan en ook het huidige Roemenië. Pas in 1905 werd deze groep in Rusland toegestaan. Aanvankelijk hadden ze geen bisschoppen meer en konden ze dus geen priesters wijden. In hun kerken zie je om die reden geen iconostase en altaar, wat hen de naam ‘priesterloze’ Oudgelovigen opleverde. In 1846 vond een deel van de Oudgelovigen de Griekse bisschop Amvrosi bereid om zich bij hen aan te sluiten. Hij wijdde priesters en diakens en zo ontstond een meer gematigde groep ‘priesterlijke’ Oudgelovigen.
Ik kwam in die tijd geregeld in het Russische Pskov waar ik al een goed contact met de ‘priesterloze’ Oudgelovigen had opgebouwd. De groep was daar erg vergrijsd. Ik mocht alleen in de narthex (het voorportaal) van de kerk staan en kon vandaaruit een kaars doorgeven aan een oudgelovige, die dan naar voren liep om hem op te steken. De Oudgelovigen van Roemenië, ook wel Lipovanen genoemd, hebben meestal wel een hiërarchie van priesters en bisschoppen en maakten een meer open indruk. We werden hartelijk ontvangen, mochten gebedsintenties vragen, kaarsen opsteken en aan vieringen deelnemen. Dat laatste vraagt enige inzet. Men buigt tijdens de vieringen veelvuldig tot op de grond in een fors tempo: een combinatie van gebed en fitness! Dit is een deel van hun gezonde levensstijl (geen alcohol, veel vasten), waardoor Oudgelovigen vaak heel oud worden. En ze zijn succesvol in de landbouw en het zakenleven.
Je komt bij hen in een andere wereld terecht. Het communisme heeft de Russisch cultuur zwaar beschadigd, maar hier vind je nog meer de traditionele Russische invloeden. Men houdt van lange vieringen en gebruikt de gebedenboeken van voor de hervormingen van1650. Men zingt in de liturgie de oude eenstemmige Zamennij zangwijze en buiten de liturgie, uit het hoofd, de duchovnije stichi (de geestelijke gedichten) over feesten en heiligen.
De Oudgelovigen staan buiten de politiek. Ze krijgen daarom geen subsidies van de staat zoals de Roemeens-orthodoxe kerk en leven van de giften van gelovigen. Alles maakt een eenvoudige indruk, streng en vriendelijk tegelijk. Soms bezitten ze prachtige oude iconen. De muren van hun kerken zijn van steen, het dak en de koepel van hout. De twee kloosters die we bezochten maakten een levendige indruk. Het viel ons op dat er jongere monniken waren en tal van bezoekers en gasten. De verhouding met de Roemeens-orthodoxe kerk omschreef men als ‘normaal’. Sinds de val van de muur is er veel emigratie naar de EG, waar men makkelijker werk kan vinden. De oudere generatie spreekt een bijzonder soort ouder Russisch, een mengeling van Kerkslavisch, Russisch en Oekraïens. Dat was even wennen, wanneer ik voor de groep moest vertalen naar het Duits. De jongere generatie spreekt dit Russisch minder en het informatiemateriaal is daarom nu vaak tweetalig: Russisch en Roemeens. Zo dringt ook de moderne wereld door tot deze groep Oudgelovigen. Onze kennismaking met deze bijzondere groep gelovigen, gaf een extra dimensie aan onze pelgrimage.
Foto’s: Paul Baars / Openingsfoto: kerk Sihastriaklooster