Aidan Hart, iconenschilder: de schoonheid van het leven in Christus binnen een eenheid van hemel en aarde

Paul Brenninkmeijer, rooms-katholiek priester en ervaren iconenschilder, laat zich inspireren door Aidan Hart, de professionele Engelse iconenkunstenaar. In dit artikel gaat Brenninkmeijer in op de betekenis van Hart voor de huidige iconenkunst en allengs krijgen we heel wat inzichten over zowel de spirituele betekenis van iconen als de wijze waarop ze worden geschilderd.

Iconenkunst wordt door velen als tijdloos gezien, maar heeft toch duidelijk eigentijdse kenmerken. Wanneer de Heilige Geest op Pinksteren neerdaalt over de apostelen in tongen van vuur, krijgt iedere leerling het vermogen om in een geheel eigen taal Gods wonderen aan de wereld te verkondigen. God is in Christus mens geworden. Liturgische kunstenaars hebben de opdracht om geëigende elementen van de omringende cultuur in hun werk op te nemen. Het gaat hier niet om nationalistische trekjes: de iconenschilder is geen kopiist, maar zal zelf vanuit een doorleefd geloof en vanuit zijn eigen tijd en cultuur een eigen accent geven aan wat hij schildert.

Waarom mogen iconen geschilderd en vereerd worden?

De bestrijders van de iconenverering in de 8e en 9e eeuw verweten de iconen-vereerders dat zij hout en verf (de natuur ervan) vereerden als zij iconen kusten, maar zij vereerden de persoon van Christus in diens afbeelding. Het kussen van iconen is een natuurlijke manier om onze liefde te uiten jegens het prototype. Tijdens het Oecumenische Concilie van 787 beleed de kerk de betekenis van de incarnatie. Omdat God werkelijk mens is geworden mag Hij naar zijn mensheid worden afgebeeld. Omdat God in Jezus onze menselijke natuur heeft aangenomen, kunnen wij mensen deelhebben aan de goddelijke natuur. In de heiligen zien wij hoe Christus in hen tot ons komt, door hen komt God ons nader. Vergoddelijking en transfiguratie kenmerken iconen. Juist de manier waarop zij geschilderd zijn, suggereert een wereld waar de glorie van God straalt. Dus niet op een profane manier, niet als een naturalistisch portret. Tegelijk kan een werelds voorwerp zó geschilderd worden, dat wij dit zien in zijn paradijselijke staat.                

Een icoon staat niet op zichzelf, maar is een onderdeel van een liturgisch gebeuren, een dans als het ware, in de ruimte van een kerk, met de zang en de bewegingen van de clerus en het volk. Tegelijk tref je iconen in huizen van gelovigen, en een reiziger in orthodoxe landen ziet ze ook in bussen en taxi’s. Hun aanwezigheid zegt ons dat je op alle plaatsen kunt bidden. Als wij een kerk binnengaan vol iconen en muurschilderingen, dan beseffen wij dat wij tot een gemeenschap van heiligen mogen behoren, het lichaam van Christus, waarin geen scheiding tussen hoofd en leden bestaat.

De gastvrijheid van Abraham @Aidan Hart

Spirituele ecologie

Het kussen van iconen laat zien hoe materie het vermogen heeft om genade te bemiddelen. God heeft de materiële wereld als goed geschapen, als een onmisbaar onderdeel van ons spirituele leven. Materie staat godsvrucht niet in de weg. Christus genas niet enkel door zijn woord, maar ook door aanraking met speeksel en slijk. En Sint Paulus gebruikte een deel van zijn kleding om Gods genezing door te geven (Hand. 19,12). Het proces van het schilderen van iconen is volgens Hart een ‘priesterlijk werk’, daarmee doelt hij op de priesterlijke taken van het gehele volk van God, mannen en vrouwen. De iconenschilder gebruikt ruw materiaal en pigmenten, afkomstig uit aarde en planten, met dierlijk eigeel, en door zijn vaardigheid samen met gebed en zuiverheid van leven, transformeert hij deze materialen tot een icoon die de schepping nog meer tot lof van God brengt. Aidan Hart spreekt hier van een spirituele ecologie die de natuur niet vernedert noch onaangeroerd laat, maar haar liefdevol transformeert en op een hoger plan brengt. De mens is geroepen de schepping dynamisch tot vervulling te brengen in Christus, zodat God kan zeggen: ‘Het is zéér goed’. Het feest van de transfiguratie, de verheerlijking van Jezus op de berg (6 augustus), vertelt ons alles over de mystieke theologie die het hart is van de icoon. Christus’ verheerlijking bevestigt de eenheid van de goddelijke en menselijke natuur in Christus, de gemeenschap van de heiligen, de mogelijkheid tot vergoddelijking van de menselijke persoon en het vermogen van materie (zoals de kleding van Christus) om Gods genade te bemiddelen. Maar de transfiguratie bevestigt ook de noodzaak dat de ogen van ons hart opengaan voor de dingen zoals zij in werkelijkheid zijn: doorgloeid van de tegenwoordigheid van de Heilige Geest. Toen Mozes het niet verbrandende braambos zag keek hij met geestelijke ogen. Het braambos en de gehele schepping heeft een ‘wonderbaarlijk vuur’ in zich, maar het was noodzakelijk dat Mozes dit kon zien. Zo zagen Petrus, Johannes en Jacobus, Jezus ineens schitterender dan de zon.

Aidan Hart aan het werk

Aidans Harts ‘membraan-methode’

De beschouwer wordt binnengeleid in deze ‘geestelijke’ manier van kijken naar de wereld. Door het omgekeerd perspectief kijkt de icoon als het ware naar de beschouwer van de icoon, met de uitnodiging de afgebeelde werkelijkheid binnen te treden. Men moet zich wel realiseren dat er vanaf de 17e eeuw tot in de 20e eeuw een verval is geweest van de ware iconenschilderkunst. In de vorige eeuw hebben Gregory Krug, Leonard Ouspensky in Parijs en Archimandriet Zenon in Rusland de sentimentaliteit en het realisme van de voorbije eeuwen achter zich gelaten en de oude schildertechnieken van de late middeleeuwen herontdekt. Aidan Hart liet zich ook beïnvloeden door oude Armeense miniaturen. Mijn eigen leermeester in het iconenschilderen, Joris van Ael in Gent (België) is bij Ouspensky in de leer geweest. Hij had er wat moeite mee dat Aidan Hart veel goud als achtergrond en omlijsting gebruikt, met een nogal sterk kleurgebruik. Joris van Ael heeft een zachter coloriet.

Heel gebruikelijk bij iconenschilders is de proplasmos methode. Op een donkere ondergrond die dekkend geschilderd is worden in laagjes lichtere vlakken en lijnen aangebracht. Maar Aidan Hart gebuikt een transparantere manier van schilderen. Hij spreekt van een membraan methode. De verf wordt in dunne lagen, telkens als een vlies, aangebracht. Daarvoor worden de schaduwpartijen al direct bij de eerste tekening aangegeven. Na meerdere lagen worden deze weer opnieuw geaccentueerd. Ook bovengenoemde vernieuwers van de iconenkunst laten, ieder op een eigen manier, de krijtwitte ondergrond van de plank doorschemeren vooral in de lichtere kleuren van de kleding van personen, bij gebouwen en bergen. Hiermee wordt zichtbaar hoe Gods Heilige Geest onze materiële werkelijkheid bezielt.

Iconostase van Aidan Hart in de Heilige Nikolaas van Myra kerk in Amsterdam

Aidan Hart is vanaf 1984 professioneel iconenschilder. Ook maakt hij fresco’s, steen-en houtsnijwerk en mozaïeken. Hij is lid van de Grieks-orthodoxe kerk en woonachtig in Groot-Brittannië. Hart is getrouwd en heeft twee kinderen. Hij studeerde iconografie in Engeland, Rusland en Griekenland. Zijn werk is te zien in meer dan vijfentwintig landen, in opdracht van orthodoxe, rooms-katholieke en anglicaanse kathedralen, kloosters en individuen. Het was voor hem een grote eer het zalvingsscherm te mogen ontwerpen voor de kroning van koning Charles III. Zijn opzet is dat de beschouwers van zijn iconen iets weerspiegeld zien van de schoonheid van het leven in Christus, binnen de eenheid van hemel en aarde.
Over zijn werk schreef hij een prachtig boek ‘Techniques of Icon and Wall Painting’ (Gracewing-uitgevers, 2011). Ik ken geen werk dat zo uitgebreid en deskundig alle aspecten van het schilderen van iconen, fresco’s en liturgisch hout- en beeldsnijwerk laat zien.

Uit dit werk ontleen ik allereerst de achtergrondgedachten van zijn iconografie en daarna een toepassing hiervan op de schildertechniek.
Zijn website is: https://aidanharticons.com

Openingsfoto: fragment uit de icoon tbv de Kroningszalving. @Aidan Hart

Auteur

Deze website maakt gebruik van cookies om inzicht te krijgen in websiteverkeer en gebruikers van de website.