Theologe en bibliothecaris Marian Papavoine kreeg uit de nalatenschap van de ouders van een vriendin een icoon, die de ouders naar het schijnt ooit bij een antiquair hadden gekocht. Dr. Liliya Berezhnaya, geassocieerd onderzoeker van het IvOC, stelde een expertrapport op van het drieluik. Hieronder leest u over de herkomst en de bijzondere geschiedenis van dit erfstuk.
De icoon ‘Twaalf feestdagen’ voert terug tot de 18e of 19e eeuw van het Russische rijk en behoort tot de categorie driedeurs vouwbare iconen. Dit soort koperen iconen vormden een belangrijk deel van de religieuze cultuur; ze waren goedkoper dan de op hout geschilderde iconen en tevens gemakkelijk in het vervoer. De vouwbare iconen werden ingedeeld naar het aantal deurtjes (luikjes) in tweedeurs (diptych), driedeurs (triptych/triptiek), vierdeurs (quadriptych) en veeldeurs (polyptych). Tot de 17e eeuw was de kleine driedeurs icoon de meest verspreide vorm van koperen vouwbare iconen. Men denkt dat hun populariteit samenhing met het feit dat ze qua vorm leken op de ‘Tsarenpoorten’ in de orthodoxe kerk.
Veranderingen in de constructie van de vouwbare iconen in de 18e eeuw, met de toevoeging van pinnen en de wijziging van de manier van vouwen van het icoon, stimuleerde de vergroting van de hoeveelheid van de deurtjes tot vier en zelfs meer.
De metalen vouwbare iconen worden onderverdeeld in verschillende typen: op het lichaam gedragen, op de borst gedragen en staand (in kiot, in een glazen kastje of kistje dat om de icoon heen was gemaakt). Deze laatste vormde vaak een klein altaartje. Iconen met een afbeelding van de Deësis (Jezus, de Moeder Gods en Johannes de Doper), de heiligen en de 12 feestdagen. Alle typen vouwbare iconen werden ‘draagbaar’ of ‘voor onderweg’ genoemd, omdat pelgrims en soldaten ze vaak op hun tochten met zich meenamen.
Massaproductie
De meeste onderzoekers stellen een aanzienlijke toename vast in de kwantiteit en de kwaliteit van de productie van koperen vouwbare iconen aan het begin van de 18e eeuw, dit had te maken met de massaproductie in oudgelovige gemeenschappen. Eén zo’n belangrijk oudgelovig centrum was Vygovskii of Danilov, een klooster in Pomorje, in het Russische Noorden. Een bevel van tsaar Peter de Grote in 1703, waarbij hij plaatselijke monniken verplichtte om in metallurgische fabrieken van de staat te werken, stimuleerde de bloei van de productie van gevouwen koperen iconen. Metaal werd hierdoor een toegankelijk en duurzaam materiaal voor de productie van iconen. Daarbij kwam dat oudgelovigen een leven in afzondering nastreefden en baden voor hun eigen iconen die ze ook zelf produceerden. Wat overigens niet wegnam dat deze koperen iconen later ook in andere regio’s van het Russisch imperium werden verspreid, waaronder ook in orthodoxe parochies.
Het verhaal achter de icoon
De hier afgebeelde driedeurs icoon ‘Twaalf Feestdagen’ behoort tot de categorie van koperen vouwbare iconen, die typisch zijn voor de oudgelovige productie in Pomorje in de 18 en 19e eeuw. Een vergelijkbare vouwbare icoon bevindt zich in de verzameling van het Centrale Museum van de oude Russische Cultuur en Kunst, Andrej Roebljov te Moskou (Rusland) en wordt gedateerd in de 18e eeuw.[1] Ook het Museum Catharijneconvent te Utrecht en het Ikonenmuseum in Kampen bezitten vergelijkbare vouwbare iconen.
Net als de icoon in het Roebljov museum, is deze icoon er een van het neerzetbare (kiot) type. Een ringetje in het middenpaneel suggereert dat het ook om de hals gedragen kon worden. Het stelt de 12 belangrijkste kerkelijke feestdagen voor, die in de volgende volgorde zijn geplaatst. Onder de vertaling van de oosters christelijke feestdag staat tussen haakjes de naam waaronder de feestdag bekend is in het westers christendom:
Blijde boodschap aan de allerheiligste moeder Gods (Annunciatie – Maria aankondiging of aankondiging van de Heer – 25 maart) | Geboorte van onze Heer J.Ch. (Kerstmis – Geboorte van Jezus – 25 december) | Opdracht in tempel van onze Heer J.Ch (Maria Lichtmis – 2 februari) | Doop van onze Heer J.Ch. (Doopsel van Christus – 8 januari) | Opstanding van Christus – Terugkeer uit de Hel (Hellevaart van Christus – tussen zijn dood en opstanding) | Hemelvaart van de Heer (Hemelvaart) |
Geboorte van de aller-heiligste moeder Gods (Maria geboorte – 21 september) |
Inleiding in de kerk van de aller-heiligste moeder Gods. (opdracht van Maria in de Tempel – 21 november) | Gedaanteveran-dering van heer J.Ch (gedaanteveran-dering of transfiguratie van Jezus op de berg) | Intocht van onze heer J.Ch. in Jeruzalem (Palmzondag of Palmpasen) | Nederdaling van de Heilige Geest (Pinksteren) | Ontslaping van de allerheiligste moeder Gods (Maria-Tenhemel-opneming – 15 augustus) |
Van een oudgelovige herkomst van deze vouwbare icoon getuigt ook de afwezigheid van een afbeelding van de feestdag van de Verheffing van het Eerlijke en Levengevende Kruis (Kruisverheffing) op de icoon. In plaats hiervan is een beeld van de Оpstanding van Christus (Terugkeer uit de Hel) opgenomen.
De keerzijde van de icoon bevat geen enkele afbeelding.
Dit expertiserapport is in het Russisch geschreven door Dr. Liliya Berezhnaya, geassocieerd onderzoeker van het IvOC. De vertaling van het rapport werd gemaakt door Dr. Josephien van Kessel, stafmedewerker van het IvOC en redactielid van het Platform Oosters Christendom.
De foto’s zijn genomen door Marian Papavoine, de huidige eigenaar. Zij is overigens op zoek naar een mooie plek voor dit drieluik.
[1] Gnutova S. V., Zotova E. Ja. Kruisen, Iconen, Vouwbare iconen. Koperen artistiek gietwerk XI – begin XX eeuw. Uit de verzameling van het Centrale Museum van de Oud-Russische Cultuur en Kunst met de naam van Andrej Roebljov te Moskou: Interbuk-biznes, 2000, kat. 236. https://www.icon-art.info/masterpiece.php?mst_id=3243