In memoriam:  pater Johan Meijer (redemptorist, 1937 -2024)

Een beschouwing van Platform redacteur Paul Baars naar aanleiding van het heengaan van de alom geliefde en eigenzinnige pater Johan Meijer.

Pater Johan Meijer was priester was in de Byzantijnse ritus van de rooms-katholieke kerk en om die reden was ik geneigd hem ‘vader Johan’ te noemen. Maar dat wilde hij niet, hij wilde gewoon Johan genoemd worden. Met Anneloes van Kuijk van het Katholiek Dokumentatie Centrum (KDC) had ik in mei nog een gesprek met hem over zijn leven. Het kostte hem al moeite vanwege zijn Parkinson, maar hij was heel gemotiveerd en herinnerde zich alles nog goed. Op 22 juli is hij in vrede ingeslapen. Er was een indrukwekkende uitvaart in de Sint Catharina kerk te Den Bosch. Een Oekraïense Grieks-katholieke bisschop ging met diverse priesters van de Byzantijnse ritus voor. De kerk zat vol. Hoewel uit de gesprekken voor en na de viering wel bleek dat Johan niet altijd gemakkelijk was, hij kon heftig en eigenwijs zijn, voelde je overal doorheen dat iedereen van hem hield.

Johan heeft een rijk leven gehad. Tijdens zijn noviciaat bij de congregatie van de redemptoristen was hij al geïnteresseerd geraakt in de ‘oosterse’ kerken en de Russische taal. Al in de nadagen van de Sovjet-Unie legde hij contacten met redemptoristen in Oekraïne. Later ging hij werken voor Oekraïense migranten in Canada. Hij kreeg toestemming van zijn overste om te gaan studeren aan het bekende orthodoxe seminarie Saint Vladimirs in de VS, waar destijds de bekende theologen Aleksander Schmemann en John Meyendorff doceerden. Hij vertelde dat hij met Meyendorff gesprekken had over wat nu in de rooms-katholieke kerk synodaliteit (gezamenlijkheid) wordt genoemd. Schmemann regelde via de Wereldraad van Kerken dat Johan in Thessaloniki verder kon studeren. Zo kreeg hij als katholieke priester een unieke orthodoxe opleiding. Hij was vol lof over zijn docenten: ‘Ze hadden een brede opvatting over de orthodoxie.’ In Griekenland leerde hij ook iconen schilderen, wat hij zijn hele leven (ook als docent) is blijven doen. In Rome studeerde hij bij o.a. de jezuïet Robert Taft, een groot kenner van de Byzantijnse/orthodoxe liturgie.

Terug in Nederland

In 1977 werd Johan docent aan de katholieke Universiteit van Tilburg, waar hij oosterse theologie en liturgie doceerde. Met enkele studenten richtte hij de Johannes van Damascus gemeenschap op, met als doel om  de Byzantijnse liturgie in het Nederlands vieren. Daartoe vertaalde hij uit het kerk-Grieks alle belangrijke gebeden van de Byzantijnse/orthodoxe liturgie. Dat resulteerde in het Byzantijns Liturgikon (Zagreb ,1991). Hij vertelde mij dat hij heeft geprobeerd te vertalen zoals Schmemann hem dat geleerd had: niet letterlijk, maar naar de betekenis. Ik vind die vertaling geslaagd en gebruik hem nog steeds. Zijn favoriete zin uit de Byzantijnse gebeden kwam uit de afsluiting van sommige vieringen: ‘…, want God is goed en bemint de mens.’ Hij vond dat een kerk mensen niet moest beknellen met regeltjes, maar hen moest helpen om goed en gelukkig te worden.

Van 1985 tot 1998 was Johan directeur van Aktie en Ontmoeting Oosterse kerken (AOK), de opvolgers van het Apostolaat voor de Hereniging. Deze organisatie was in 1927 opgericht om door gebed, studie en bekeringsijver te werken aan hereniging van de rooms-katholieke en de oosterse kerken. Maar aan die naamsverandering kun je zien dat de katholieke opvattingen over oecumene veranderd waren. Johan wilde de ontmoeting stimuleren met de oosterse kerken en waar nodig een helpende hand bieden. Na de val van de muur in 1991 hadden de kerken in Oost-Europa dat ook nodig. Het AOK had toen een centrum in de Dr. Nuyenstraat te Tilburg, met een kapel die door de Johannes van Damascus gemeenschap gebruikt werd. In de hal stond een replica van een oosterse kerk en er was een vergaderzaal. Er woonde een kleine communauteit van Johan en de zusters Lidy Schuh en Maria van de Jagt. Lidy en Johan zijn altijd samen gebleven en Lidy heeft hem de laatste twee jaar trouw thuis verzorgd.

Iconen van Johan Meijer en Lidy Schuh

In dat centrum ontmoette ik Johan voor het eerst. Hij was op zijn best wanneer hij gasten kon ontvangen en kon vertellen over zijn ruime ervaringen. Hij deed dat met humor en relativeringsvermogen. Hij bouwde een veelheid aan oecumenische contacten op met oriëntaalse, orthodoxe en Grieks-katholieke christenen en reisde geregeld naar Oekraïne. Met zijn broer Joost organiseerde hij tournees voor een koor uit Sint-Petersburg. Hij correspondeerde met allerlei mensen, waaronder tot vrij recent met metropoliet en later patriarch Kyrill van de Russisch-orthodoxe kerk, die hij in Rome ontmoet had.

Prospect

Later heb ik opnieuw naar Johan mogen luisteren, toen hij na zijn pensionering colleges gaf binnen het project Prospect van het Instituut voor Oosters Christendom (IvOC), vooral voor studenten uit Oost-Europa. Ook de orthodoxe studenten liepen met hem weg. Een van hen, Juliana, zei: ‘Hij praat zacht en  hees, maar door zijn kennis en ervaring heeft die stem toch kracht!’ Ze sloeg daarmee de spijker op zijn kop. Hij kende niet alleen de theorie, maar ook de lokale praktijken van de oosterse kerken, waar volgens hem de soep soms niet altijd zo heet wordt gegeten als hij opgediend wordt. Aan de ene kant schold men vaak op katholieken, aan de andere kant was hij toch welkom. Van die kennis en ervaring hebben veel mensen geprofiteerd.

In de Johannes van Damascus Gemeenschap heeft Johan een aantal vernieuwingen doorgevoerd. Er dienden ook vrouwelijke altaardienaars. Hij was een voorstander van volkszang, wilde dat iedereen kon meezingen. Voor alle gelovigen lag een exemplaar van het Byzantijnse Liturgikon in de kerk klaar. Jammer was dat hij niet zag dat een klein koor met ervaring die volkszang juist kon ondersteunen. Johan was voorstander van intercommunie. Enkele Servisch- orthodoxe vrouwen zijn al jarenlang lid van de gemeenschap. Deze vrouwen hebben altijd de heilige communie van Johan mogen ontvangen. Een van hen heeft nog steeds de functie van kosteres. Zij huilde op de begrafenis het hardst.

Het was een voorrecht Johan gekend te hebben. Eeuwige gedachtenis.

Auteur

Deze website maakt gebruik van cookies om inzicht te krijgen in websiteverkeer en gebruikers van de website.