Fajoem portretten: oog in oog met mummies

Onlangs bezocht Platform redacteur Paul Baars met twee medewerkers van het IvOC, een bijzondere tentoonstelling in het Allard Pierson museum te Amsterdam: ‘Oog in oog. De mensen achter de mummieportretten.’ Voor Paul, zelf een fervent iconenschilder, vormden de portretten een ware sensatie.

Het gaat om afbeeldingen van gezichten die in Egypte op mummiekisten, en soms op de mummies zelf, werden aangebracht. Ze zijn in de periode vanaf 100 tot 400 jaar na Christus gemaakt en alleen rijke mensen konden zich zoiets veroorloven. Men noemt ze vaak Fajoem portretten, omdat het merendeel gevonden is in de regio Fajoem ten zuidwesten van Caïro. Soms is de naam van de afgebeelde overledene te zien, meestal niet. Niet alleen over de afgebeelde personen, ook over de makers is weinig bekend. Poseerden de afgebeelde mensen voor ze stierven of werden de portretten later gemaakt? Werden ze geschilderd naar bepaalde ‘basisvormen’ of zijn het echt persoonlijke portretten? De portretten speelden een rol in de dodenverering, die in Egypte al een lange traditie kende.

Sinds 1887 is er een groot aantal Fajoem portretten gevonden. Onderzoek heeft veel duidelijk gemaakt over de technieken waarmee ze vervaardigd zijn. Via verzamelaars, archeologen en handelaren zijn ze in privécollecties en musea over de hele wereld terecht gekomen. Dat alles wordt via voorwerpen, teksten en video’s goed en begrijpelijk uitgelegd. Ook de context van de portretten komt in de tentoonstelling goed naar voren. Egypte maakte in die periode deel uit van het Romeinse rijk: de Egyptische traditie is zo beïnvloed vanuit Griekenland en Rome.

Levensechte portretten

Al die vragen en informatie zijn interessant, maar mij ging het vooral om de sensatie die de tentoonstelling teweeg kan brengen. Je krijgt het gevoel dat je inderdaad oog in oog komt te staan met concrete, levensechte mensen. Een afstand van zo’n 1700 jaar wordt overbrugd. De meeste portretten hebben een heel persoonlijke, realistische uitstraling, sommige zijn abstracter. Het vakmanschap waarmee de portretten gemaakt zijn, is opvallend. Er vallen me woorden te binnen als impressionistisch, naturalistisch.

De mummieportretten worden vaak gezien als een voorstadium van de iconen, die later in het Byzantijnse christendom een belangrijke rol gaan spelen. Die vraag interesseert mij omdat ik zelf iconen schilder ben. Je kunt op meerdere manieren inderdaad een duidelijk overeenkomst zien. Allereerst is er de techniek. Net als bij iconen gebruikte men twee technieken: ‘ei-tempora’ en ‘encaustisch’. Bij de eerste techniek neemt men eigeel als bindmiddel, bij de tweede verwarmde bijenwas. Om kleuren te krijgen kun je daar allerlei gemalen zaken doorheen mengen, zoals klei, mineralen, oker, kraplak of as. Er is echter ook een belangrijk verschil. Bij de techniek van de ei-tempora brengt men op de plank eerst een linnen doek aan en bedekt die met lagen kalk en lijm. Het resultaat wordt gepolijst. De dodenmaskers worden direct op een dunne houten plank geschilderd, meestal met een groen, grijze achtergrond, nadat die met lijm is ingesmeerd. Er is ook een inhoudelijke overeenkomst tussen de traditie van de mummieportretten en van de iconen. In beide tradities herdenkt men overleden personen. Het gedenken van de doden is ook in het christendom belangrijk: via de icoon eren we heiligen die ons zijn voorgegaan en maken we contact met hen.

Oplichtende ogen

Details zijn vaak veelzeggend. De ogen komen in de Fajoem portretten opvallend naar voren. In die ogen is steeds een reflectie lichtje geschilderd, zoals dat in onze klassieke schilderkunst ook vaak gebeurt. Dat is bij iconen zelden het geval. Zo’n reflectiepuntje schept meer realisme, meer afstand, terwijl het bij iconen juist de bedoeling is dat de heilige op je afkomt, dat er een ontmoeting plaats heeft.

Inhoudelijk zijn er enkele grote verschillen. In de opvatting van de meeste iconenschilders zijn iconen geen realistisch afbeeldingen of portretten. Iconen zijn altijd naar een ‘basisvorm’ geschilderd en daardoor meteen herkenbaar als bijvoorbeeld de heilige Nikolaas of Christus. In sommige periodes kreeg het realisme en de romantiek toch de overhand, maar dat ziet men meestal als verval. Iconen noemt men vaak ‘vensters op de eeuwigheid’. Maar de eeuwigheid kunt je niet zien. In mensen kunnen we wel iets van God ontmoeten. Ik zou liever zeggen, dat iconen de door God omgevormde wereld en door God omgevormde, heilige personen weergeven. De afbeeldingen zijn daardoor verhevener, in zekere zin abstracter.

Reis naar het hiernamaals

Mijn indruk is dat de betrokkenen bij de Fajoem portretten anders tegen de dood aankijken dan later de christenen. Ze hadden de overtuiging dat het hele lichaam van de overledene onveranderd een reis begint naar het hiernamaals. Het moet behouden blijven en begeleid moet worden. In de christelijke opvatting vergaat het lichaam en komt de ziel van de overledene voor de rechterstoel van God te staan. Daarvoor wordt door de achterblijvers gebeden. Van de hemel is volgens mij niet veel meer te zeggen dan dat God daar ‘alles in allen’ is.

De eerste eeuwen van het christendom kende geen iconen. In de catacomben vinden we wel fresco’s met taferelen uit het Oude en Nieuwe Testament en symbolen, bijvoorbeeld de vis (Ichtus). Maar die hebben niet het karakter van persoonlijke portretten. De oudst bewaard gebleven iconen dateren uit de 6de eeuw en bevinden zich in het Sinaï klooster. Die iconen zijn soms wel weer meer realistisch. Zijn de iconen een christelijke voortzetting van de Fajoem portretten? Het kan zijn, maar ik durf en kan die vraag niet te beantwoorden.

Portret van een jonge vrouw, 120–130 na Chr. © Reiss-Engelhorn-Museen, Mannheim

                                                                                                  

Deze tentoonstelling is zeker een aanrader. Ze is te zien in het Allard Pierson museum in Amsterdam en verlengd tot 20 mei 2024. Ook de catalogus is bijzonder: Oog in oog. De mensen achter de mummieportretten. Ben van den Bercken, Olaf E. Kaper (redactie), W-books/AllardPierson, 2023 Amsterdam. ISBN: 978 94 625 8577 5 (Nederlands) 978 94 625 8578 2 (Engels)

Op You Tube kunt u een lezing volgen van de Russische iconenschilder Philip Davidov, die nu in Georgië woont en waarin hij ingaat op Fajoem portretten: Predecessors of Icons. Introduction (old version) (youtube.com)

Auteur

Deze website maakt gebruik van cookies om inzicht te krijgen in websiteverkeer en gebruikers van de website.